winterpostelein

Winterpostelein is een klein. laagblijvend plantje, met minuscule bloemetjes welke door kleine vliegjes wordt bevrucht. Deze vliegjes moeten dan ook bij lage temperaturen actief zijn. Het kelkvormige blad bestaat eigenlijk uit twee gefaseerde bladeren. De bladeren die lager aan de stengel vastzitten hebben een normale structuur.

Winterpostelein (Claytonia perfoliata of Montia perfoliata) is een laagblijvende eenjarige plant welke in het vroege voorjaar reeds bloeit. Het heeft typische bladeren waardoor het lijkt alsof er een stengel doorheen groeit. Een echte wintergroente, in de lente en zomer is het niet te krijgen. Winterpostelein wordt rauw gegeten, op de boterham, in de salade. Het is erg eenvoudig zelf te verbouwen, dit plantje neemt met zand of duingrond genoegen.


winterpostelein in de moestuin

Zaai de postelein in de zomer, voor een oogst in de herfst. Bij het zaaien in augustus of later wordt een platte kas of
kasje gebruikt. Het zijn kleine plantjes een decimeter tussen de rijen is genoeg. De zaden kiemen makkelijk.

Winterpostelein keurig in rijtjes gezaaid, in november.


winterpostelein in de platte bak

In Maart en April groeit winterpostelein hard in een glazenbak. Midden april gaat winter postelein bloempjes vormen, en dat
is niet goed voor de frisse smaak.


het oogsten van winterpostelein

Winterpostelein wordt kort afgekinpt, vlak bij de grond.

Zelf zaad van winterpostelein oogsten

Winterpostelein zaait zichzelf makkelijk uit. Maar handiger is om het zelf te oogsten,
te drogen en dan het volgend najaar weer uit te zaaien.

    Stampot (en de mythe van de gelukkige huisvrouw) :

    Winterpostelein stampot

            Winterposteleinstampot

              1 kilo aardappelen, een zakje met winterpostelein klontje boter. De aardappels lang genoeg koken, 20 minuten ongeveer. afgieten , en dan pas de gewassen winterpostelein er doorheenprakken. Bij deze stampot wordt meestal rookworst klapstuk of spekjes geserveerd.