Een veelvoorkomende zweefvlieg welke in het voorjaar de eerste bloemen bezoekt. Het is als een Duitse wesp gecamoufleerd(mimicry), Er zijn veel zweefvliegen welke zeer moeilijk van de bessenbandzweefvlieg te onderscheiden zijn, maar die zijn allemaal nogal zeldzaam, de bessenbandzweefvlieg is veelvoorkomend. De vliegtijd van de bessenbandzweefvlieg is van april tot november. De larve eet tot wel 1000 bladluizen en houdt de bladluis populatie onder controle.
Zweefvliegen of Syrphidae
Een grote groep insecten heet zweefvliegen en heeft het vermogen om stil te blijven hangen voor nectar producerende bloemen. Ze controleren dan of er geen vijanden in de buurt zijn, zoals spinnen. Deze zweefvliegen zijn gecamoufleerd als wesp soms als als bij of hommel.Die op espen lijken vouwen hun vleugels naar achter totdat ze iets van het lijf af staan. Wespen vouwen hun vleugels over het achterlijf heen.
Zweefvliegen hebben vaak een soortgelijke tekening als de Witte halvemaanzweefvlieg 2, hier het vrouwtje 1 bessenbandzweefvlieg (syrphus ribesii), vrouw 3 Gewone pendelweefvlieg (Helophilus pendulus) , 4 Gewone citroenzweefvlieg (Xanthogramma pedissequum), man
De larven van de zweefvliegen zijn vraatzuchtige larven die alleen van bladluizen leven. Om deze redenen worden ze in de kasbouw gehouden. De larve van de blinde bij of Eristalis tenax is een uitzondering op de regel : deze larve eet in het water vooral bacterieen en haalt daarbij lucht via een lange buis.
Deze rattenstaartlarven of rotjes treden vooral op in sterk vervuild zuurstofloos water zoals in koeienstallen wordt gevonden.
De zweefvliegen behoren tot de grote insectengroep van de tweevleugeligen. De zweefvliegen hebben een structuur midden op hun vleugels , de vena spuria. Het is geen vene en de functie is onduidelijk.