De prachtridderwants is in Vlaanderen en Nederland zeer zeldzaam. Het heeft een groot verspreidingsgebied Europa en Azie tot Japan. De prachtwants leeft op de grond en leeft van zaden die het daar aantreft.
waarschuwingskleuren van de prachtridderwants
De prachtridderwants heeft een voorkeur voor de sterk giftige zaden van de witte engbloem (Vincetoxicum hirundinaria), door zich hiermee te voeden wordt het zelf ook giftig. Het verspreidingsgebied van de prachtridderwant komt ook ongeveer overeen met dat van de engbloem.
Wantsen kennen een onvolledige gedaanteverwisseling. Ze verschillen van andere groepen insecten doordat ze buisvormige monddelen hebben waarmee voedsel wordt opgezogen. Een nimf ziet er meestal al hetzelfde uit als een imago (volwassen insect), maar dan zonder de vleugels. In het zoete water zijn de wantsen de belangrijkste insectengroep.
1 Boswants (Pentatoma rufipes), parend
2 Rode moordwants of rode roofwants (Rhinocoris iracundus)
3 Koolwants (Eurydema oleracea)
4 Zuringwants (Coreus marginatus)
5 Pyjamawants of rood-zwarte streepwants (Graphosoma italicum)
6 zwarte wegmier of weidemier (Lasius niger)
7 bladluizen (Aphidoidea)
8 larve van Sikkelwants (Nabida)
9 Grote slanke glasvleugelwants (Chorosoma schillingii)
10 Schaarse pantserwants (Eurygaster maura)
11 Vuurwants (Pyrrhocoris apterus)
12 Zesvlekprachtblindwants ( Grypocoris sexguttatus)
13 Ridderwants. (Lygaeus equestris)
1 gewone berenklauw (Heracleum sphondylium)
bronnen,referenties
1 Brehm “Het leven der dieren ” 1906 pagina 573