De struiksprinkhaan (Leptophyes punctatissima) is een veelvoorkomende sprinkhaan met een typische bolvorm. Het leidt een verborgen leven in struiken, op de bosgrond met een zekere voorkeur voor bramen, het vliegen heeft deze sprinkhaan opgegeven, de vleugels zijn rudimentair. De antennes zijn 2x de lichaamslengte, de legbuis van het vrouwtje buigt omhoog. Het seizoen is lang , van
struiksprinkhaan Lees verder »
Bevertjes (briza media) welke in Nederland er zeldzaam is , maar in Vlaanderen veel voorkomend, met name langs de kust. Het behoort tot het Trilgras en wordt zo genoemd door het trillend geluid wat de zaadbolletjes maken in de nazomer. Trilgras De Briza minor , media en major verschillen in degrootte van de zaadbolletjes. Deze
De geringde roofwants (Rhynocoris annulatus) is een weinig voorkomende wants. In Noord Europa en Midden Europa komt deze wants meer voor en het gebied strekt zich uit tot voorbij Kazachstan. De geringde roofwants houdt zich vooral op open plekken in het bos op , het is goed bestand tegen koude en droogte. Het dier lijkt op de
geringde roofwants Lees verder »
Gewone oeverloopkever (Elaphrus riparius) ) zijn loopkevers welke achter hun prooi aan rennen. Dat zijn vooral insecten, soms wormen. Het dier kan ook vliegen maar doet dat maar zelden en dan alleen over korte afstanden. Wanneer het wordt belaagd, bijvoorbeeld door een vogel, houdt het zich in eerste instantie voor dood. Loopkevers (Coleoptera) Loopkevers zijn kevers
gewone oeverloopkever Lees verder »
De zomerbitterling Groeit in het Middelandse zeegebied in de karststreken , In Nederland en Vlaanderen wil het ook groeien , maar dan alleen in kalkrijke en vochtige gebieden : kalkgesteente of duinen, zoals vochtige duinvalleien. zomerbitterling is een pioniersplant Zomerbitterling is vooral een pioniersplant tegenwoordig : het komt massaal voor op net opgespoten land, zoals
zomerbitterling Lees verder »
De grote groene sabelsprinkhaan (Tettigonia viridissima) eet zowel plantaardig als dierlijk voedsel, welke het met de krachtige gedoornde poten vangt en verscheurd met de grote kaken. Dit mooie lichtgroene insect komt veel in moestuinen voor en voedt zich vooral met andere insecten. voortplanting van de grote groene sprinkhaan Het vrouwtje heeft een lange legboor (ovipositor)
grote groene sabelsprinkhaan Lees verder »
Het Zuidelijk spitskopje (Conocephalus fuscus, ook: Conocephalus discolor) is een groene sprinkhaan met een bruine rug en lange doorzichtige vleugels. De naam is afgeleid van de kenmerkende spitse kop, die vanaf het voorhoofd sterk naar beneden terugwijkt. Het dier lijkt sprekend op de Gewone spitkop maar heeft langere vleugels. Ook leven deze dieren in andere habitats,
Zuidelijk spitskopje Lees verder »
Limnephilus lunatus is een schietmot welke rondom stilstaand water te vinden is, er kunnen er veel boven het water aanwezig zijn. De larves kunnen in eigenlijk alle soorten van oppervlakte water voorkomen, het huisje ban de kokerlarven kan heel divers zijn.3 Er zijn veel schietmotten en ze lijken veel op elkaar. De tekening op de
limnephilus lunatus Lees verder »
Rolklaver trekt veel bijen aan, de gewone honingbij maar ook solitaire bijen.De Osmia bicolor gebruikt slakkenhuisjes om een nest te bouwen en bedekt deze met naalden. Het mannetje is donkerder en groter dan het vrouwtje.41 Sluipwesp sp.2 Osmia bicolor, het mannetje komt aanvliegen3 Osmia bicolor, het vrouwtje op rolklaver, een drachtplant.4 Chrysis trimaculata5 Osmia bicolor, het vrouwtje vliegt met
