Ringslang

De ringslang (natrix helvetica) is een ongeveer 1 meter lange slang , de vrouwtjes worden nog langer. Het leeft van vooral kikkers en padden , en wat het zoal tegenkomt, zoals kleine zoogdieren en vissen. Het is een schuw dier welke het liefst ligt te zonnen , geen ongevaarlijke bezigheid want vogels hebben het op de ringslang voorzien. De ringslang houdt een winterslaap in een vorstvrij hol of onder een berg bladeren of bramenstruiken. Het dier is aan een comeback bezig en heeft een groot verspreidingsgebied , bijna heel europa en een groot deel van Azie.

Groene kikker Bruine kikker 3 kikkervisjes 4 Geelgerande watertor met larve (Dytiscus marginalis) Waterspin (Argyroneta aquatica) watersalamander (Trituris vulgaris ) 7 ringslang (Natrix natrix of Natrix helvetica) 8 limnephilus rhombicus kokerjuffer, larve van de schietmot (Trichoptera) 1 aarvederkruid (Myriophyllum spicatum) 2 Gele plomp, bloem en blad (Nuphar luteum) 3 Waterranonkel (Batrachium aquatilis) Voorjaarssterrekroos (Callitriche verna) 1
De ringslang heeft een gele ring direct achter de kop , maar deze is vaak niet volledig rond. Deze wordt gevolgd door een zwarte vlek . De grote ogen zijn geschikt voor boven water , maar niet eronder. De ringslang vertrouwt vooral op zijn reuk om de prooi te vinden , deze is in de tong geconcentreerd.5

Een ringslang heeft een vis gevangen. De bek van de ringslang heeft veel kleine tanden om gladde prooien te vangen en gebruikt ook een zwak gif welke ongevaarlijk is voor de mens. Een andere ringslang ligt te zonnen, een geliefde bezigheid. De ooievaar vliegt weg, maar is een belangrijke jager welke ringslangen zowel in het water als op het land aanvalt.1

vijanden van de ringslang

De ringslang heeft veel vijanden, het is een schuwdier. Grotere vogels zoals ekster, kraai en reiger en ooievaar, en dieren welke rond het water leven , zoals de bruine rat. De jonge slangetjes zijn prooi voor loopkevers en vele andere dieren, zoals muizen en vogels.

Een ringslang tussen akker-vergeet-mij-nietjes in de lente6

bronnen, referenties

1 Martin Braess “Tierbuch” band 4 2 Marinus Adrianus Koekkoek (1873-1944) “in sloot en plas” De schoolplaten van M.A. Koekkoek zijn de bekendste Nederlandse schoolplaten welke in de jaren 50 in de klaslokalen hingen. Minder bekend is dat M.A. Koekkoek van het begin van de tweede Wereldoorlog lid van de NSB was, en ook op eigen initiatief affiches tbv. de Duitse bezetter maakte, in 1943 ook affiches voor de Jeudstorm zoals “Jeugd vooraan”. Een gedeelte van de propaganda werd niet door hem maar door zijn zoon gemaakt, maar wel onder zijn supervisie in zijn atelier. 3 Zie ook “Het Naardermeer” Op deze website is te vinden: kamperfoelie , rode klaver , iris , geelgerande watertor, riet 3 Propaganda in Oorlogstijd, Trouw, 23-10-2003 4 Meyers lexicon Leipzig fin du siecle 5 Met dank voor de mooie en opmerkelijk scherpe foto’s : euroblinkie, nederpix : sponsgaasvlieg, bruine gaasvliegegelkopmot, iris,  veldhondstong , smeerwortel, slakkenaaskever, oorworm, limnophilus rhombicus, limnephilus lunatus, watergentiaan, gestreepte kniptor , roodaarskniptor , akkerdistel , speerdistel, rolklaver , vijverloper , Grote groene sabelsprinkaan, Zuidelijk spitskopje , kleine groene sabelsprinkhaan, struiksprinkhaan , geringde roofwants, gewone oeverloper, ringslang. 6 illustator Dick Twinney.